Achtergrond
Mijn muzikale achtergrond: Op zoek naar verbinding en eigenheid.
Zingend improviseren was mijn eerste muzikale ervaring. Op vakantie achter in de auto met mijn zus gingen wij samen spontaan melodieën en teksten verzinnen en vrijuit zingen. Dit vermogen om spontaan vanuit mezelf muziek te maken ben ik in de loop van vijftien jaar klassiek viool en piano les ergens kwijt geraakt. Ook ben ik op mijn elfde gestopt met zingen. We moesten toen voor de hele klas koor auditie doen en allemaal één voor één ‘my new blue shoes’ zingen en het duidelijk articuleren! Hoewel ik toegelaten werd tot het koor besloot ik om niet te gaan – voor mij was dit zo ver verwijderd van wat ik aan zingen leuk vond dat ik er geen zin meer in had.
Hoewel ik veel plezier beleefd heb aan klassieke muziek, vooral aan het spelen van kamer muziek en het deel uitmaken van een groot orkest, was er ook vaak een gevoel van gemis. Wat ik kwijt raakte door de klassieke opleiding was een direct gevoel van verbinding tussen de muziek die ik speelde en mezelf. Soms leek het wel alsof de muziek van de noten op het papier via mijn vingers bij mij aankwam. Ik wilde het andersom – beginnen met wat er in mij leefde en dat met behulp van mijn instrument naar buiten brengen.
Ik wilde zo graag leren improviseren maar wist niet hoe. Op mijn 21ste nam ik het besluit om een echte muzikant te gaan worden! Ik ging in een band spelen waar ik kon improviseren en heb een jaar lang met dezelfde groep elke week alleen maar geïmproviseerd en mijn instrument (de viool) en haar mogelijkheden tot expressie opnieuw ontdekt. Rond die tijd ging ik ook naar een pub om naar Ierse muziek te luisteren. Ik werd meteen verliefd op de vreugde en vitaliteit van de muziek en het gevoel van samen in de muziek opgaan door met zijn allen dezelfde melodie te spelen.
Ik ging veel naar Ierland en naar workshops met bekende fiddlers om de muziek en de Ierse stijl te leren. Ik heb negen jaar lang opgetreden als folk fiddler en ook mijn eigen muziek geschreven en gespeeld. Door medeviolisten ben ik gevraagd om in te vallen voor vioollessen die zij gaven. Ik vond het zo leuk dat ik ermee door ging en nu nog steeds vioolles aan kinderen geef. Ik ben toen gaan werken en tegelijkertijd opgeleid aan een muziekschool in London met een heel bijzondere methode voor kinderen.
De methode gaat ervan uit dat elk kind van muziek spelen kan genieten – de nadruk ligt meer op plezier beleven aan het muziek maken dan op prestatie. Er is veel aandacht voor het ontwikkelen van de muzikaliteit van het kind in zijn geheel (niet alleen de instrumentele vaardigheden) door te zingen, en veel te werken met ritme, creativiteit en improvisatie. Door het leren van deze methode, merkte ik hoe door eerst de muziek te zingen en het daarna pas op een instrument te gaan spelen ervoor zorgde dat ik mij veel meer verbonden voelde met de muziek en mijn instrument. Ik verlangde er steeds meer naar om ook zelf weer te gaan zingen voor mijn eigen plezier.
Naarmate ik de Ierse muziek ging beheersen ging ik weer de frustratie voelen dat ik niet kon spelen zoals de fiddlers die mij inspireerden. Totdat ik in een workshop zat met Martin Hayes, mijn favoriete fiddler en hij tegen ons zei ‘don’t wait until you can play like me to listen to what’s inside of you, always start with what’s inside of you’. Toen hij dat zei dacht ik nog steeds ‘ja maar ik wil kunnen spelen zoals jij’. Door mezelf te verdiepen in psychosynthese en stembevrijding ging ik pas echt snappen wat hij bedoelde en heb ik het ook kunnen verwerkelijken in mijn muziek.
Achtergrond
Mijn muzikale achtergrond: Op zoek naar verbinding en eigenheid.
Zingend improviseren was mijn eerste muzikale ervaring. Op vakantie achter in de auto met mijn zus gingen wij samen spontaan melodieën en teksten verzinnen en vrijuit zingen. Dit vermogen om spontaan vanuit mezelf muziek te maken ben ik in de loop van vijftien jaar klassiek viool en piano les ergens kwijt geraakt. Ook ben ik op mijn elfde gestopt met zingen. We moesten toen voor de hele klas koor auditie doen en allemaal één voor één ‘my new blue shoes’ zingen en het duidelijk articuleren! Hoewel ik toegelaten werd tot het koor besloot ik om niet te gaan – voor mij was dit zo ver verwijderd van wat ik aan zingen leuk vond dat ik er geen zin meer in had.
Hoewel ik veel plezier beleefd heb aan klassieke muziek, vooral aan het spelen van kamer muziek en het deel uitmaken van een groot orkest, was er ook vaak een gevoel van gemis. Wat ik kwijt raakte door de klassieke opleiding was een direct gevoel van verbinding tussen de muziek die ik speelde en mezelf. Soms leek het wel alsof de muziek van de noten op het papier via mijn vingers bij mij aankwam. Ik wilde het andersom – beginnen met wat er in mij leefde en dat met behulp van mijn instrument naar buiten brengen.
Ik wilde zo graag leren improviseren maar wist niet hoe. Op mijn 21ste nam ik het besluit om een echte muzikant te gaan worden! Ik ging in een band spelen waar ik kon improviseren en heb een jaar lang met dezelfde groep elke week alleen maar geïmproviseerd en mijn instrument (de viool) en haar mogelijkheden tot expressie opnieuw ontdekt. Rond die tijd ging ik ook naar een pub om naar Ierse muziek te luisteren. Ik werd meteen verliefd op de vreugde en vitaliteit van de muziek en het gevoel van samen in de muziek opgaan door met zijn allen dezelfde melodie te spelen.
Ik ging veel naar Ierland en naar workshops met bekende fiddlers om de muziek en de Ierse stijl te leren. Ik heb negen jaar lang opgetreden als folk fiddler en ook mijn eigen muziek geschreven en gespeeld. Door medeviolisten ben ik gevraagd om in te vallen voor vioollessen die zij gaven. Ik vond het zo leuk dat ik ermee door ging en nu nog steeds vioolles aan kinderen geef. Ik ben toen gaan werken en tegelijkertijd opgeleid aan een muziekschool in London met een heel bijzondere methode voor kinderen.
De methode gaat ervan uit dat elk kind van muziek spelen kan genieten – de nadruk ligt meer op plezier beleven aan het muziek maken dan op prestatie. Er is veel aandacht voor het ontwikkelen van de muzikaliteit van het kind in zijn geheel (niet alleen de instrumentele vaardigheden) door te zingen, en veel te werken met ritme, creativiteit en improvisatie. Door het leren van deze methode, merkte ik hoe door eerst de muziek te zingen en het daarna pas op een instrument te gaan spelen ervoor zorgde dat ik mij veel meer verbonden voelde met de muziek en mijn instrument. Ik verlangde er steeds meer naar om ook zelf weer te gaan zingen voor mijn eigen plezier.
Naarmate ik de Ierse muziek ging beheersen ging ik weer de frustratie voelen dat ik niet kon spelen zoals de fiddlers die mij inspireerden. Totdat ik in een workshop zat met Martin Hayes, mijn favoriete fiddler en hij tegen ons zei ‘don’t wait until you can play like me to listen to what’s inside of you, always start with what’s inside of you’. Toen hij dat zei dacht ik nog steeds ‘ja maar ik wil kunnen spelen zoals jij’. Door mezelf te verdiepen in psychosynthese en stembevrijding ging ik pas echt snappen wat hij bedoelde en heb ik het ook kunnen verwerkelijken in mijn muziek.